Evaluaties

Evaluatie zomer 2018; Start beheerwerk 2018-2019

We zijn 1 Sept.(2018) weer gestart met ons natuurwerk op de Tungelerwallen.

We kunnen nog heel veel natuurwerkers gebruiken.

Dus, doe mee! en als je zelf niet mee kan doen, ken je vast wel iemand uit je omgeving die je kunt activeren. 

Over ons Beheerwerk:

We hebben afgelopen jaar en de jaren daarvoor erg veel gewerkt op de Tungelerwallen. Hiervoor verwijzen we graag naar onze site.

Inventariseren:

Het aantal bezoekers van onze site is deze zomer gedaald, van 450 per week afgelopen winter naar 350 afgelopen zomer. Dat ligt aan onszelf. We hebben namelijk afgelopen maanden weinig inventariseeractiviteiten georganiseerd. Persoonlijk vind ik dat ronduit jammer. Inventariseren is nuttig werk voor de natuur. Het is de basis voor goed natuurbeleid. Maar ook: inventariseren is een fijne hobby. Dat gericht zwerven in de natuur geeft zowel een vakantie gevoel als een gevoel van nuttig bezig zijn. En dat lijkt mij toch een ideale combinatie.

De bedoeling is dan ook om het inventariseren volgende zomer een nieuwe start te geven. Daarvoor zoeken we mensen die zowel hun kennis van de natuur willen vergroten, als deze kennis ten nutte wille maken voor de natuur. We denken daarbij vooral aan invoeren van onze waarnemingen in waarneming.nl.

Dus als je dat leuk vindt, of ons daarbij wilt helpen, laat het weten. Of denk er nu alvast over na. 

Beheren versus inventariseren:

Voor het feit dat we weinig activiteiten georganiseerd hebben zijn een aantal oorzaken aan te wijzen. Zo duurt ons beheerseizoen best lang, 7 maanden, van september tot en met maart. Daarna is het toch wel even uitblazen en omschakelen. Persoonlijke omstandigheden zorgen er soms voor, dat we niet het hele jaar door veel werk kunnen verzetten. Ten aanzien van beheerwerk in relatie tot het inventarisatiewerk is er een verschuiving zichtbaar. De deelnemers zijn steeds minder dezelfde. Indertijd waren inventariseervrijwilligers het beheerwerk gestart vanuit de signalen die ze opdeden in het inventarisatiewerk. Nu trekt het beheerwerk ook zelf mensen aan met belangstelling voor natuur, maar dan meer gericht op het werkaspect. Mogelijk vergt de combinatie van inventariseer en beheerwerk voor velen een te grote tijds- en energie investering. Maar misschien moeten we gewoon het inventariseerwerk weer een frisse impuls geven.

Onze andere activiteiten:

Naast beheer werk en inventarisatiewerk, er is ook steeds meer actie- en bestuurswerk voor de natuur bijgekomen. Het kan namelijk op heel veel plekken heel veel beter met de natuur van Weert. Je daarvoor inzetten is niet alleen een kwestie van in het veld bezig zijn. Het is ook een kwestie van aan bestuurstafels een woordje meespreken. En soms is het nodig om actie te voeren. Dat alles hebben we de afgelopen jaren veel gedaan. Tot nu toe alleen binnen-parlementair, inclusief zienswijzen en de gang naar de rechter. Altijd in ruggespraak met de mensen van onze groep in het veld.

Als ik zeg dat het veel beter kan met de natuur in Weert, bedoel ik dat niet zozeer kwa oppervlakte, want er zijn de laatste jaren wel veel hectares bijgekomen. Maar de natuur die erbij komt bestaat veelal uit laagwaardige natuur, of zelfs uit natuur die eigenlijk niet in Weert thuishoort.

- Er verschijnt bv. bosaanplant met soorten die in Zuid Limburg op de kalk thuishoren.

- Er verschijnen runder- en paardenweides met een triviale habitat. Bovendien is het in deze weides voor mensen slecht toeven vanwege oerosachtige runderen met grote horens. De prikkeldraadbarricades die voor deze beesten nodig zijn, dragen niet bepaald bij aan een prettig natuurgevoel. De stand van zake is nu, dat zowel de gemeenteraad van Weert als Provinciale Staten van Limburg zich hebben uitgesproken voor een nul optie van taurossen in Weert. Bestuurders, Stichting Ark en Vereniging Natuurmonumenten lijken zich echter nog niet zoveel van volk en volksvertegenwoordigers aan te trekken.

Voor wat betreft de reeds van oudsher aanwezige hoogwaardige natuur: deze maakt steeds meer plaats voor laagwaardige natuur.

- Onze beheergroep is echt niet groot genoeg om al de verbossing van heide en stuifzanden ongedaan te maken.

- In het algemeen wordt er te weinig aan beheer gedaan, zowel binnen als buiten de terreinen van Vereniging Natuurmonumenten (bv. langs de Tungelroyse beek, en de gemeentelijk wegbermen)

- De CZW wordt omgevormd naar intensieve recreatie waarbij een zandstrandje nog wel het minst problematisch is. En dat in plaats van de geplande hoogwaardige natuur in aansluiting op de Kruispeel (Natura 2000). Na ons via het CZW biodiversiteitsmeterproject door middel van inventariseren en beheerwerk ingezet te hebben voor een hoogwaardige natuur, hebben wij ons via juridische procedures verzet tegen de omvorming naar intensieve recreatie. Die procedures zijn verloren. Op dit moment zetten wij ons weer in samenwerking met de CZW in om de overgebleven natuur zo hoogwaardig mogelijk in te richten.

- De voormalige Stort Delbroek in Altweerterheide (Goudgroene natuur) was een pareltje voor insecten en Leeuweriken, maar daar is door niet-natuurgericht beheer weinig meer van over. Ik was bezig een rapport hierover te schrijven aan de hand van onze inventarisaties. Maar door de constante noodzaak om op allerlei situaties te reageren, is dit op moment van schrijven nog niet af.

- We hebben ons ook ingezet om iets voor elkaar te krijgen op waterbuffer gebied. Al jarenlang laten wij overal het geluid horen om de Raam en de Lossing uit het Wijffelterbroek te halen en om ze om te leiden. De laatste jaren hebben we hier druk achter gezet. Telkens is er echter weer de reactie om ons buiten de plannen te houden. Het lijkt er nu wel op dat er van het plan iets gerealiseerd gaat worden, maar bij lange na niet wat mogelijk zou zijn geweest. Het moet gezegd worden dat het Kettingdijkgebied tussen Kettingdijk en het Lauragebied erg vooruit is gegaan. Echter een bijna evengroot gebied tussen Lossing en Kettindijk is zwaar achteruitgegaan door inundatie met Lossingwater. En de Lossing wordt niet omgelegd. Gemiste kans.

- En wat er recent bij is gekomen: er worden windmolens gepland in onze Peelvennen aan weerszijden van de A2, tussen de Roeventerpeel en de net door Limburgs Landschap herstelde Schoorkuilen. Een plaats waar eerder aan een ecoduct of aquaduct gedacht zou moeten worden. Er wordt gezegd dat Weert geen andere plek had voor windmolens. Echter, Weert heeft de opdracht windmolens te realiseren, maar hoeft dat niet binnen de gemeentegrenzen te doen. Weert had de samenwerking met andere gemeentes kunnen zoeken. We zullen ons achter de zienswijze van de Natuur en Milieufederatie Limburg scharen

Kortom, we doen veel, héél veel.

Dat is positief, en daarom gaan we dit bericht natuurlijk ook positief eindigen.

Daarvoor hoeven we alleen maar even te herhalen waarmee we begonnen zijn.

- Onze website is meer dan 100.000 keer bezocht.

- Komende zaterdag en alle zaterdagen daarna kun je ons aan het werk vinden op de Tungelerwallen.

We nodigen iedereen uit om zichzelf, en/of familie, vrienden en bekenden onze kant op te sturen.

Waarschuw wel even als je komt i.v.m. gereedschap.

Frans Smit, 29-08-2018.

Waarom we in 2017 (en 2016) minder flora hebben geïnventariseerd dan we van plan waren.

Ik had dit al veel eerder had moeten doen: melden waarom er van het jaar minder hebben geïnventariseerd dan vorige jaren. Toen nog elke week, en nu bijna sporadisch. Ik ben te lang blijven denken dat ik nog wel een structureel project zou kunnen organiseren. En dan blijkt de zomer ineens kort.

Er zijn twee grote oorzaken aan te wijzen:

Op de eerste plaats: ik heb het erg druk met de natuur, maar dan op bestuurlijk niveau. Er speelt van alles, en op een erg chaotische manier. Er is nog steeds de kwestie met de jaarrond begrazing met de tauros runderen. Daarover heb ik de nodige stukken geschreven. Schrijven kost erg veel tijd: het schrijven zelf, maar ook de studie die ervoor nodig is. In relatie met andersoortige gebiedsbenadering is er een meer cultuurhistorisch benadering opgestart. Ik zou daar meer over moeten berichten. De heemkundemensen benaderen vooral de geschiedenis van de mensen in het gebied. Ik leg meer de nadruk op de geschiedenis van het gebied zelf, dus welk soort natuur was waar. De Natuur en Landschapsvisie speelt ook nog steeds, ook met het noodzakelijke bestuderen van veel gemeentelijke, maar nu ook provinciale stukken. Dat is waar ik op dit moment mee bezig ben. Dat wordt weer een zienswijze. Ook heb ik me in N2000 verdiept naar aanleiding van de Poelenstrook van de CZW. Deze heeft ooit op de nominatie gestaan om N2000 te worden. Deze kwestie is nu door Groen Weert weer naar boven gehaald. Ik heb er een gefundeerd ecologisch verhaal over geschreven. En tussendoor speelt dan nog van alles over bv. bermenbeheer en de biomassa waar Weert niet echt aan wil.

Sociale kudde, ja, sociaal voor elkaar dan toch..... Wel fotogeniek, dat wel. Foto Frans (op klikken !)

Dan de andere grote reden: het is gewoon veel minder makkelijk geworden om goede inventarisaties te organiseren. 

De percelen met de zogenaamde taurossen, de op oeros gelijkende kruisingsrunderen van Ark c.q. Free Nature, zijn vanwege het risico dat we dan lopen, niet geschikt meer om erin te gaan. Zeker niet voor onze groep met grotendeels mensen die niet meer zo hard kunnen rennen. Deze zogenaamde sociale kuddes bestaan uit (veel) stieren, koeien en kalveren. Die rennen echt harder dan wij. 

Voor deze hadden we niet bang hoeven te zijn: Heidekoetjes kunnen gewoon met de herder mee. Let op het herdershondje (Willow van Marieke Kodde uit Weert). foto Frans. terrein: De Hamert van Limburgs Landschap

Daarbij komt dat de nieuwe prikkeldraad afrasteringen voor al die runderen niet makkelijk zijn om te nemen: het zijn nu barricades waar je niet overheen kunt en slechts zelden onderdoor kunt.

Ik heb wel nog geprobeerd bij mijn Vereniging Natuurmonumenten, ook míjn vereniging, of we de weides waar de runderen zijn uitgehaald konden inventariseren voor ze. Maar ze vonden dat geen goed idee vanwege de ervaring met mij uit het verleden. Hetgeen inderdaad wel weer bevestigd zou zijn geworden, want dergelijk begraasde weides leveren niet veel natuur op waar je warm van wordt. En dat mag je natuurlijk niet hardop zeggen (of schrijven :-)   

De CZW is ook geen echte optie meer. Afgezien van de veranderde verstandhouding, die overigens alweer beter gaat, staat daar op het moment alles op zijn kop vanwege de voorbereidingen voor de nieuwe ontgronding (waar we tegen blijven).

Ook aan de stort is geen lol meer te beleven: de schapen hebben de hele stort ter beschikking gekregen. Dat is minder werk voor de schapenboer. Voorheen werd er gefaseerd begraasd. Daardoor kon de flora zich herstellen en leverde prachtige bloemenweides op. Nu lopen de schapen gewoon de kruiden tussen het gras uit te eten, en is er geen bloemetje te zien. Zo beheer je goudgroene natuur niet. Maar het geeft precies aan waarom begrazing gestuurd moet worden (bv. met een herder). Als je dat niet doet, wordt alles platgetrapt en de soorten waar je het voor doet worden opgevreten.

Dan de samenwerking met onze vrienden van IVN Roermond. Zij namen altijd het voortouw met het Sarsven. Maar bij hen is er organisatorisch iets veranderd. Ik heb dit jaar niets van ze gehoord. Maar zij van mij ook niet, dus zeker geen verwijten (wel goede herinneringen :-)

Maar wat we zeker wel weer gaan doen: werken op de Tungeler Wallen. In september beginnen we weer !!!

Ik hoor graag van jullie

Groetjes,   Frans.

Schapen op Lieëg Hei, 2014. Foto Bettina van Elk. Schapen zouden het inventariseren voor ons een stuk makkelijker én interessanter maken.